Categorieën
Reisverhalen Voorpagina

El Calafate

De reis naar El Calafate om de Perito Moreno Gletsjer te zien, was het meer dan waard. Nog twee dagen, en dan terug.

Het was voor Marie eigenlijk de belangrijkste reden om naar Argentinië te gaan: een bezoek aan de Perito Moreno Gletsjer vlakbij El Calafate, bijna bij het zuidelijkste puntje van het land en dus echt de andere kant van de wereld.

En het was fantastisch. De gletsjer is enorm, aan de oostkant gezien 4 kilometer in de breedte. Op het plaatje zie je die voorkant net nadat er een groot brok ijs is afgebroken. Dat gaat gepaard met een hoop, enorm hard gekraak en een serie knallen, totdat je een geluid hoort dat enigszins vergelijkbaar is met de herrie van omvallende kegels in een bowlingbaan, maar dan 50 keer zo hard.

Zelf maakten wij zo´n klapper van een afstand mee, maar het geluid was er niet minder om.

De Perito Moreno is een vertakking van één van de grootste ijsgebieden ter wereld. De grootste ijsbedekking bevindt zich op Antarctica, de tweede op Groenland en de derde bedekt de zuidelijke Andes. Maar de Perito Moreno is anders dan alle andere gletsjers en ijsvlaktes, omdat het geheel en al bestaat uit compacte sneeuw.

Die vormt zich uit regen uit het westen, boven Chili, die weer voortkomt uit een permanent lage druk gebied dat zich in de knik tussen Peru en Chili bevindt. Het weersysteem draait linksom en slingert slecht weer al tienduizenden jaren richting de zuidelijke Andes.

Ten westen van Calafate bevindt zich toevallig een opening in de bergen, waar de sneeuw en de wind doorheen kunnen. De sneeuw valt, wordt door de altijd naar het oosten blazende wind vooruitgestuwd, hoopt zich op, en glijdt letterlijk naar het oosten. Gevolg: ten noorden en zuiden van de gletsjer is het zomers warm, maar op en ten oosten van de gletsjer voel je de koude wind, die dus eigenlijk vanaf de Pacifische Oceaan komt.

Laag na laag na laag bevroren sneeuw kwamen op elkaar neer, de zuurstof werd eruit geperst, en vormde na duizenden jaren één bonk glijdend ijs. Nu is het een perpetuüm mobile geworden; het ijs smelt langzaam aan de oostkant, wat dus ook het afbreken van de brokken ijs veroorzaakt, maar de gletsjer wordt vanuit het westen steeds weer aangevuld met vers, opnieuw bevriezend sneeuw. In het midden glijdt de gletsjer gemiddeld 2,5 meter per dag, aan de bergranden 15 centimeter per dag.

Ik benijd de Chilenen die aan de andere kant van de bergen wonen overigens niet. Volgens onze gletsjergids valt daar de meeste regen ter wereld, gemiddeld 8000-10.000 millimeter per jaar. Oftewel: het regent daar zowat iedere dag en nacht.

De excursie begon met een busrit naar de gletsjer toe, vanuit El Calafate, dat een enorme toeristische trekpleister is geworden dat geheel en al om de gletsjer draait.

Bij de gletsjer aangekomen, konden we het massieve ding eerst bewonderen vanaf hoog gelegen balkons en luisteren naar het gekraak, gepiep en geknal. Het mooie is dat de sneeuwkristallen in het ijs van de zes bestaande kleurenspectra, alleen het blauwe spectrum doorlaat. Dat zorgt voor een blauw-witte kleur, waardoor het mogelijk is dat je de gletsjer zou kunnen aanzien voor een enorme berg uitgedroogde tandpasta.

Na de balkons volgde een boottocht naar de andere kant van het Argentijnse Meer, het grootste meer van het land, waar we een korte uitleg kregen van onze gids en waar we ´crampons´ onder onze trekschoenen gebonden kregen: metalen platen met scherpe punten eronder, om grip te houden op het ijs.

Daarna volgde een onvergetelijke voettocht over de gletsjer. Waar je kijkt is het wit, en lijkt de gletsjer van een afstandje één wit geheel, van dichtbij bestaat hij uit samengeperste klompjes doorzichtig ijs. Er zijn ook scheuren en gaten, veroorzaakt door de warme temperatuur en kleine gletsjerbeekjes.

Die scheuren en gaten herken je gemakkelijk door de felblauwe kleur van het uitgesleten ijs op die plekken. Wat je ook niet vergeet is de geweldige smaak van het gletsjerwater, dat je gewoon kunt drinken. Gesmolten sneeuw dus, en hoe dieper je gaat, hoe ouder het water. Niets is leuker dan gewoon water uit de natuur te kunnen drinken zonder dat het eerst door één of ander filter moet. Het kan dus nog.

Aan het einde van de tocht over het ijs, die overigens gebeurde in de volle zon maar toch best koud was vanwege de gure westenwind, wachtte ons bezoekers een tafel met glazen en een fles whisky. We kregen het ´on the rocks´, ijsklontjes vers gehakt uit de gletsjer, en de gids verzekerde ons dat het ijs minstens 300 jaar oud was. ¨En de whisky…?¨ vroeg ik nog, maar dat was gewoon Famous Grouse, en die is jong ook prima.

Overigens hadden we eerder op de dag nog een mazzeltje: Marie fotografeerde een enorme vogel waarvan ze dacht dat het een Condor was. Een Italiaan achter ons wist zeker dat het ging om een adelaar, maar na bestudering van de foto´s kan het niet anders dan een Condor geweest zijn. Ook dat nog!

Dat was allemaal gisteren, vandaag waren we op stap met een voormalig lid van het Franse Vreemdelingenlegioen, in een korte cross country-trip de bergen rond El Calafate in. Fantastische vergezichten weer, en een grote verrassing: dit gedeelte van de zuidelijke Andes was ooit een zee! Nooit geweten, en enorm indrukwekkend, want daar sta je dan, op bijna 1500 meter hoogte en toch omringd door fossiele schelpen en haaientanden.

Ik ontdekte zelfs nog een enorm fossielen bot dat de gids, die hier toch al een paar jaar werkt, nog nooit gezien had. Ik moest hem vertellen waar het bot te vinden is. Dus als je ooit in El Calafate bent en een gedrongen mannetje genaamd Luis, die ex-Legioennair is, vertelt je iets over een ovalen bot in een rots, dan weet je hoe hij eraan komt 😉

Zelf deed hij overigens deze week ook een argeologische ontdekking. Hij stond op een plek waar hij al honderden keren gestaan had met toeristen, een rotspunt vanwaar je uitijkt over El Calafate, toen hij uit verveling met de punt van zijn schoen over een grote steen begon te schuren. Maar de steen bleek een kinderschedel. Hij had een indianengraf gevonden. Kennelijk hebben indianen honderden jaren geleden een overleden kind begraven op die plek, met allerlei jachtgereedschap.

Toen wij vandaag aankwamen, stonden er een paar ´archeologen´ het graf te onderzoeken. Met aanhalingstekens, want ik wist niet dat het archeologen waren daar ze zich bijzonder nonchalant gedroegen. Ik had in ieder geval nog nooit een zichzelf serieus nemende archeoloog gezien die met zijn handen in zijn zakken een paar stenen in een archeologische vindplaats omschopt met zijn lompe trekschoenen, dus ik dacht te maken te hebben met toeristen. Dus hup, Kaj stapt het ´Verboden te passeren´-vlaggetje voorbij — en kreeg direct vermanenden blikken en een ferm ´No!´ te horen van de ´archeologen´.

Raar. Maar dat is óók Argentinië. Nog vreemder is misscchien dat toen de ´archeologen´ vertrokken waren, originele grafvinder Luis een paar stenen opzij schoof en diverse botten en jachtrelikwieën in een lap rolde en meenam.

Ach, hij moet ook eten en het is zíjn land. Daarna hebben we in een kleine blokhut met uitzicht over de enórme bergen zitten eten. Ik had twee versgemaakte rib-eye broodjes, en het moet echt gezegd: het Argentijnse vlees is het zachtste ter wereld. Stel je voor dat je een verse rib-eye op je brood krijgt die zó mals is dat je een hamburger denkt te eten.

Enfin. Nog twee dagen Buenos Aires, waar het weer lekker warm is, en dan terug naar Nederland (BAH). Als alles goed gaat met Iberia…

3 reacties op “El Calafate”

Geweldig. Ben d’r ook geweest. Heb je ook een stukje met de rondvaartboot gevaren om een whiskey on the gletsjer rocks te drinken?

Reacties zijn gesloten.