Categorieën
Analyses Voorpagina

Jacques Monasch, ambitieuze einzelgänger

Weer gooit PvdA’er Jacques Monasch de kont tegen de krib, en dit keer als lid van een regeringscoalitie die nog maar één zetel meerderheid heeft in de Tweede Kamer.

Schermafbeelding 2016-02-13 om 01.06.41Jacques Monasch, Kamerlid voor de Partij van de Arbeid, is nooit bang geweest om knuppels in hoenderhokken te gooien. Maar de manier waarop en de twijfels over zijn motivatie maken hem niet populair in eigen kring.

Nu neemt hij weer de knuppel ter hand door het lijsttrekkerschap van Diederik Samsom ter discussie te stellen.

De vraag is wat Monasch denkt te bereiken met zijn actie – ruim een jaar vóór de (geplande) verkiezingen en met een regeringscoalitie die nog maar kan bogen op een riskante 76 zetels.

Het zorgt voor extra druk en nervositeit binnen en rondom de PvdA, waarvan de partijtop juist rekent op rust om zich voor te kunnen bereiden op moeilijke verkiezingen. Gedoe als dit leidt alleen maar af en zorgt er vooral voor dat de PvdA wéér niet de ruimte krijgt om het eigen verhaal te vertellen, zo is de gedachte.

Monasch kent een bewogen geschiedenis in de PvdA. Hij was onder andere deelraadslid van de lokale afdeling in de Amsterdamse Pijp. Sinds de jaren ’90 beweegt hij zich in de hogere kringen van de partij en schopte het in 2001 tot campagneleider. Dat was het jaar waarin Pim Fortuyn opstond en de PvdA in 2002 postuum een daverende verkiezingsnederlaag bezorgde.

Monasch schreef een boek over zijn belevenissen als campagneleider waarin hij – in de woorden van andere PvdA-toppers uit die tijd – hardhandig afrekende met iedereen, behalve met zichzelf. Het boek werd hem in PvdA-kringen bepaald niet in dank afgenomen.

Het duurde even voor hij iets van zijn standing terugwon. Het was in de jaren van Wouter Bos als partijleider dat Monasch de banden met regionale PvdA’ers in het noorden van het land aantrok. Met een aantal van hen richtte hij Rode Veren op, een beweging waarin activistische PvdA’ers van divers pluimage zich verenigden. Zij vonden zich in het versterken van de interne partijdemocratie.

Hij kandideerde zich als lijsttrekker voor de PvdA in het Europarlement maar verloor nipt. Ook in die campagne gooide hij met knuppels alsof het een lieve lust was. Zo stelde hij voor het partijbureau van de Herengracht in Amsterdam weg te halen en te verhuizen naar Den Haag. Dat was tegen het zere been van nogal wat Amsterdamse PvdA’ers die de locatie in Amsterdam juist erg waardeerden.

Na zijn verlies sprak hij half grappend het vermoeden uit dat er ergens in een kluis in het partijkantoor een enveloppe met “de echte uitslag moet liggen”.

Hij had zich in die jaren toegelegd op het inkopen van Sovjet-realistische kunst uit Rusland voor zijn eigen galerie. Maar niet lang na de verloren strijd om het lijsttrekkerschap voor het Europarlement begon het weer te kriebelen. Hij wilde de Tweede Kamer in en meldde zich als kandidaat.

Van de kandidaatstellingscommissie kreeg hij naar verluid te horen dat er al te veel Amsterdamse kandidaten waren.

Zoals gebruikelijk bij vrijwel alle gevestigde partijen zoekt ook de PvdA naar regionale spreiding van kandidaten. Nogal wat actieve PvdA’ers wonen in de Randstad; net als veel andere partijen hebben ook de sociaaldemocraten moeite met het vinden van goede kandidaten uit de rest van het land.

Geen probleem, pareerde Monasch: hij kondigde direct aan te zullen verhuizen naar Sneek, waar een gat was gevallen. Daarmee was het argument van de kandidaatstellingscommissie weg en zo kwam Monasch op de lijst van de Tweede Kamer voor de verkiezingen van 2010, met Job Cohen als lijsttrekker.

Daar schopte Monasch het al snel tot lid van het fractiebestuur. De buitenwacht schetste het beeld dat hij Cohen moest helpen met diens profilering, maar dat staat haaks op een voorval dat Cohen juist tot aftreden dwong.

Cohen en Hans Spekman spraken zich in een interview uit voor een linksere koers, wat toenmalig Kamerlid Frans Timmermans in het verkeerde keelgat schoot. Hij mailde een schotschrift naar de hele fractie. De mail lekte prompt uit en het resulterende gedoe luidde het einde van Job Cohen in als politiek leider.

Een NRC-journalist liet zich enkele jaren later bij de ontspin-show Politieke Junkies ontvallen dat het Jacques Monasch was die de mail naar hem had gelekt.

Na de eclatante verkiezingsoverwinning van 2012 kwam Monasch terug in de Kamer en kreeg de portefeuille Huurbeleid. Als Kamerlid verdedigde hij jaren lang met verve de huurhervormingen van Rutte-2: de liberalisering van sociale huren en de verkoop van sociale huurwoningen, als gevolg van de verhuurdersheffing waar de PvdA in de regeringsformatie mee instemde.

Daarbuiten bleef het relatief stil.

Na de zomer van 2015, zo ongeveer de periode waarin de PvdA begon na te denken over de nieuwe kandidatenlijst voor de Tweede Kamer, begon Monasch zich weer meer te profileren.

Door een portefeuillewissel in de fractie kreeg hij andere dossiers onder zich – Schiphol, Economische Zaken – en vanaf dat moment zocht hij regelmatiger de publiciteit met bijvoorbeeld dit ingezonden stuk, waarin hij nauwelijks verhulde kritiek leverde op het regeringsbeleid en de koers van zijn eigen PvdA. Ook de interne partijmachine krijgt er van langs.

In dit radiointerview is hij een stuk minder omfloerst. Hij klapt uit de school over fractievergaderingen, waaruit zou blijken dat “een groot deel” van de fractie tegen het Griekenland-beleid van partijgenoot Jeroen Dijsselbloem is, en bekritiseert openlijk partijleider Diederik Samsom en diens koers met betrekking tot vluchtelingen en integratie – waar de fractie volgens hem niks van wist.

Ook stemde hij als enig lid van de PvdA-fractie vóór een motie van de SGP die de Kamer verplicht tot een tweederde meerderheid bij goedkeuring van  EU-verdragen.

Vandaag staat hij in het Algemeen Dagblad waarin hij een hernieuwd lijsttrekkerschap van Diederik Samsom ter discussie stelt, en aangeeft liever Eberhard van der Laan of Ahmed Aboutaleb te zien als partijleider in de volgende verkiezingen. Dat op de dag van wat een roerig partijcongres belooft te worden.

Samsom reageerde direct door Monasch uit te dagen zichzelf dan ook maar meteen te kandideren als lijsttrekker. “Ik verwelkom de gedachte dat er meerdere kandidaten zijn” – een duidelijke boodschap. Aan Monasch de keuze die uitdaging aan te gaan.

Maar zelfs als hij daarvoor terug deinst heeft hij voor elkaar dat er weer deining ontstaat rondom de PvdA, die er in de peilingen slecht voor staat.

Zijn opmerkingen in het radiointerview over verdeeldheid in de Tweede Kamer-fractie omtrent het vluchtelingenbeleid en de hulp aan Griekenland zijn aanleiding tot prangende vragen aan fractieleden. Steunen die de lijn-Monasch of scharen zij zich achter Samsom?

Eén ding is duidelijk: Jacques Monasch begint acties zelden zonder plan, of in ieder geval niet zonder zich te vergewissen van enige (regionale) steun.

De komende dagen moet duidelijk worden of de manier waarop hij te werk is gegaan de hoenderen juist drijft tot een eensgezind front, achter Samsom, of dat hij een geest uit de fles heeft gelaten die zich niet meer laat vangen.