Categorieën
Politieke Communicatie

Waarom toch die haast met de dividendbelasting?

Met stoom en kokend water moet en zal het afschaffen van de dividendbelasting behandeld worden door zowel de Tweede Kamer als de Senaat. Daarnaast wordt het afschaffen ingevoegd in een breder voorstel, waar veel lekkers in zit voor zowel de coalitie als sommige oppositiepartijen. Waarom toch die haast, en waarom die trucs? 

Mark Rutte, Sybrand Buma, Alexander Pechtold en Gert-Jan Segers hebben geen moment te verliezen. Afschaffing van de dividendbelasting moet nog dit politieke seizoen behandeld worden, opdat de belasting dan per 1 januari 2020 verleden tijd zal zijn.

Daarvoor zijn drie redenen.

Ten eerste: de meerderheid in de Eerste Kamer. Die heeft de coalitie nu nog, met Рnet als in de Tweede Kamer Рnipt ̩̩n zetel. Maar met de huidige peilingen is de kans vrij groot dat die meerderheid straks omslaat in een meerderheid voor de oppositie. Dus net als Rutte-II, dat van het begin af aan sterk rekening hield met het verlies van de meerderheid in de Senaat, wil ook deze regeringscoalitie nu al veel impopulaire zaken regelen. En zeker ook de zaken waar intern niet alle partijen het over eens zijn, maar die nu eenmaal wel aan elkaar toegezegd zijn.

En zo komen we op de tweede reden: eerst het zuur, dan het zoet. De kans dat een zeer impopulair voorstel als het schrappen van de dividendbelasting geaccepteerd wordt door de oppositie is zeer klein. Tegelijkertijd wil je de rit uitzitten als kabinet. Dus neem je de echt vervelende besluiten direct aan het begin van de regeringsperiode. Dan heb je daar in je eerste jaar last van, maar de aanname in politiek Den Haag is nog steeds dat veel kiezers vergeetachtig zijn. Na het eerste vervelende jaar kom je dan met de ‘leuke’ voorstellen, zoals belastingverlagingen en -hervormingen, zoals het aantal belastingschijven terugbrengen naar twee, zoals het kabinet in de pen heeft. En stuur je erop dat deze leuke dingen de komende jaren de boventoon voeren. Een riskante gedachte, zo ontdekte de Partij van de Arbeid.

De derde reden: bedrijven als Unilever — de grote aanjagers achter de afschaffing — hebben geëist dat zij nog dit jaar bewijs zien dat Rutte-III de dividendbelasting ook daadwerkelijk afschaft. De besturen van de beursgenoteerde bedrijven hebben in hun algemene aandeelhoudersvergaderingen de aandeelhouders de afschaffing voorgehouden, en houden er voor de eigen begrotingen van volgend jaar al rekening mee.