Categorieën
Aanbevelingen voor aanstormende politici Analyses Voorpagina

Pieter Hilhorst, De Blije Gladiator

Pieter Hilhorst schreef een ongenadig openhartig boek over zijn periode als wethouder en lijsttrekker voor de Partij van de Arbeid in Amsterdam. Het is verplicht leesvoer voor eenieder die de politiek in wil om iets te veranderen. Vooral omdat je leert hoe je dat níet moet doen. Hilhorst’s verhaal over zijn anderhalve jaar in de politiek is dat van valkuilen, onverwijtbare naïviteit, hoop, vertwijfeling en drama. En ja, hij had nooit zo aan zijn avontuur moeten beginnen.

debelofteDe avond voordat ik dit schreef zag ik de oude Pieter Hilhorst weer. De boomlange donkere krullenbol zoals ik hem ken: joviaal, oprecht geïnteresseerd in jou, aanrakerig en na 10 minuten al de dansvloer op om uren te dansen. Ik zag de teruggekeerde joie de vivre en voelde blijheid. Omdat hij weer de oude Pieter is. Want oei: wie zijn nieuwe autobiografische werk ‘De Belofte – over Macht, Realisme en Politiek’ leest, zou verwachten  een nerveus en rancuneus wrak aan te treffen. Gelukkig, niets van dat al; hij heeft het allemaal van zich af geschreven, en dat heeft hem goed gedaan.

Het lastige van het schrijven van een recensie over een politieke autobiografie is dat je snel vervalt in een beoordeling van de schrijver, in plaats van dat je zijn boek bespreekt. Dat is door de aard van zo’n boek helaas onvermijdelijk.

De Belofte
Hilhorst begint met een proloog waarin hij uitlegt waarom hij besloot zich te kandideren als opvolger van Lodewijk Asscher, de in vele opzichten succesvolle wethouder Onderwijs, Jeugdzorg en Financiën. Direct zet hij de toon voor de rest van het boek: openhartig, ongenadig zelfkritisch en beschouwend.

Sterk is dat hij voor de lezer die hem niet kent snel een beeld weet te schetsen van hoe hij de persoon die hij is wil verbinden met de politicus die hij wil zijn.

Direct valt op dat hij vanaf het begin van zijn avontuur in 2012 – wanneer Lodewijk Asscher hem polst om zijn opvolger te worden – grote twijfel heeft. Kan hij zoiets eigenlijk wel? Kan hij Asscher’s schoenen vullen? Moet hij doorgaan op de door Asscher ingeslagen wegen of juist een harde breuk maken en zijn eigen verhaal gaan houden?

Instructief is hoe Hilhorst beschrijft dat hij al de intentie had om zich te kandideren als raadslid namens de PvdA voor Amsterdam in 2014. Asscher’s verzoek komt eigenlijk te vroeg. En dan ging het nog wel om het wethouderschap, normaliter een positie waarvoor je pas in aanmerking komt na een stevige staat van dienst elders, zoals in het bedrijfsleven of het politieke bestuur, of minstens vier jaar raadslid te zijn geweest.

En juist dat is waar iets meteen al begint te wringen. Ja, het is waar: Lodewijk Asscher werd na vier jaar raadslid te zijn geweest gepromoveerd tot wethouder, en de rest is geschiedenis. Maar Asscher had tenminste die jaren in de raad gezeten en zo één en ander geleerd over het reilen en zeilen in de Stopera, het stadhuis van Amsterdam. Hij was ook geen onbekende voor de Amsterdamse PvdA-leden.

Schermafbeelding 2016-09-01 om 23.35.07

Vanuit het niets
Hilhorst echter kwam als donderslag bij heldere hemel via een bericht in  Het Parool de PvdA binnenvallen als kandidaat-wethouder. Dit maakte dat hij nauwelijks beschikte over een eigen natuurlijke achterban. In De Belofte stipt Hilhorst dit aan, maar hij lijkt te hebben onderschat hoe klein zijn achterban was gezien de forse veranderingen die hij wilde bewerkstelligen, ook qua partijcultuur.

Daarbij speelt iets anders wat Hihorst in zijn boek onvermeld laat, maar wat waarschijnlijk een grote rol heeft gespeeld in hoe zijn partijpolitieke achterban naar hem keek.

Door stom toeval viel het vertrek van Asscher en de komst van Hilhorst samen met een woelige interne discussie in de PvdA over de hervorming van de stadsdelen. Het kabinet-Rutte 1 wilde de stadsdelen afschaffen en had een wet door het parlement gejast om dat te realiseren. In Amsterdam wist de PvdA dankzij ingrijpen door Asscher de volledige ontmanteling te voorkomen, maar de stadsdelen werden wel uitgekleed – een heet hangijzer onder een deel van het PvdA-kader dat de stadsdelen wilde behouden zoals ze waren en niets zag in het bereikte compromis.

Omdat rondging dat Hilhorst de kandidaat van Asscher was, kon Hilhorst vanaf dag één weinig goed doen onder de vocale leden van dat boze kader. Het maakte zijn kandidatuur en wethouderschap in eigen gelederen controversieel en dat terwijl hij een nieuwe weg in wilde slaan, met grote veranderingen, zoals hij beschrijft in De Belofte.

Hilhorst vindt dat een veranderingsgezinde politicus externe bondgenoten moet zoeken. Maar het gedoe over de stadsdelen in combinatie met het Asscher-label op zijn voorhoofd en zijn onbekendheid onder de PvdA-achterban bemoeilijkte het verzamelen van cruciale interne bondgenoten. Zo was hij vanaf dag één niet alleen voor de buitenwacht, maar ook voor een deel van de binnenwacht een outsider.

De Macht
Hilhorst laat wat dit soort machinaties betreft wel meer onvermeld in zijn boek. De subtitel is ‘over macht, realisme en politiek’, maar over dat eerste – de macht – valt niet veel te lezen in De Belofte. Dit terwijl inzicht in de politieke machinaties in de Stopera verhelderend kan zijn voor de Amsterdammer die wil weten hoe zijn stad politiek bestuurd wordt. Meer verhalen en anekdotes over hoe de dagelijkse politieke machine werkt in Amsterdam hadden het boek sterker gemaakt en tegelijkertijd Hilhorst’s toch al lastige positie duidelijker gemaakt.

De coalitie waar Hilhorst als wethouder in belandde bestond uit PvdA, VVD en Groenlinks. Op het ene onderwerp trokken PvdA en Groenlinks samen op, op het andere onderwerp had de VVD een bondje gesloten met Groenlinks en op weer een ander onderwerp vonden PvdA en VVD elkaar juist in een blokkade van een Groenlinks-idee. Zo gaat dat in de coalitiepolitiek waarbij niemand als enige een meerderheid van stemmen heeft: het is een constante onderhandeling over bijna alles.

Het lijkt een Borgen-achtige ver-van-je-bed-show, wat mensen in een vergaderzaaltje die elkaar met onzichtbare messen te lijf gaan. Maar nogal wat compromissen die in dat zaaltje op de tweede verdieping van de Stopera worden bereikt hebben soms vergaande consequenties voor de gemiddelde Amsterdammer. Helaas lezen we er niks over in Hilhorst’s boek. Hoe hield hij zich daar staande? Welke compromissen moest hij sluiten om grote veranderingen die hij wilde bewerkstelligen te realiseren? Was er dan niets dat in die zaal gebeurde waarover hij zich heeft verbaasd?

Het machtsspel moet je willen beheersen. Lodewijk Asscher was er uiteindelijk een meester in. Waar Hilhorst zich in sommige alinea’s in De Belofte beklaagt over weerstand van coalitiepartijen als de VVD en zo bepaalde zaken niet gerealiseerd weet te krijgen, wist Asscher door hier en daar een vinger in een bankschroef te zetten of een arm op een rug te draaien toch zijn zin te krijgen.

 

“Het spel willen spelen en winnen volgens geldende regels is een kwestie waar je na lezing van De Belofte mee blijft zitten.”

 

Play the game
En dat – het spel willen spelen en winnen volgens geldende regels – is een kwestie waar je na lezing van De Belofte mee blijft zitten. Hilhorst pleit terecht voor het vinden van externe bondgenoten om verandering te bewerkstelligen. Dan praat je dus over draagvlak. Maar als je komt binnenvallen zoals hij deed, met de plannen die hij had en het relatief korte tijdsbestek waarin hij moest opereren, dan moet je dus dat interne spel willen spelen, en soms hard.

Extern draagvlak creëren en dan wel zo stevig dat het binnendringt in de wethouderskamers van de coalitiepartijen neemt veel tijd en energie in beslag. Het interne draagvlak opbouwen- hoe deed Hilhorst dat? Als je De Belofte leest krijg je hierop geen antwoord.

Er is wel een andere kant aan dit verhaal, namelijk dat je de regels van het hele spel wilt veranderen. Dat is waar Hilhorst op inzette. Bloemrijk verhaalt hij over hoe hij lang bleef weigeren de dienstauto te nemen en in plaats daarvan gewoon op de fiets naar afspraken ging. Door vanuit de top te werken hoopte hij verandering van onderop te bewerkstelligen.

Hij vertelt hoe hij langs ging bij families en soms ter plekke persoonlijk actie ondernam als iemand door de bureaucratie helemaal klem was komen te zitten. Hij stelde eenvoudige vragen over ogenschijnlijk complexe situaties, die door zijn frisse blik uiteindelijk niet zo complex bleken te zijn en eenvoudig op te lossen. Op deze onderwerpen, waar het boek bol van staat, is Hilhorst in optima forma.

Stond er een kritische lezersbrief in een krant over een probleem? Hilhorst pakte de telefoon en belde de schrijver. Was hij op bezoek op een school en ving hij terloops iets op, dan stapte hij er direct op af en regelde een oplossing. Uit De Belofte stijgt een beeld op van een onorthodoxe aanpak die vruchten heeft afgeworpen. Hilhorst beschrijft burgemeester Eberhard van der Laan als iemand die voor de duvel niet bang is, maar zelf blijkt Hilhorst ook verduiveld moedig. Waar sommige bestuurders zich dagelijks bezig houden met de vraag wanneer je moet verschijnen en wanneer het beter is om even te verdwijnen, was Hilhorst nooit te beroerd om een steen in de vijver te gooien.

Tegelijkertijd lardeert de erudiete politicoloog Pieter Hilhorst het boek met citaten en inzichten van beroemde en beruchte politici, filosofen en onderzoekers. Hij had lang voordat hij wethouder werd al veel kennis en inzicht in politici en hun falen. En dat roept toch de vraag op: had hij niet beter kunnen weten? Hoe kon hij ondanks al die wetenschap tóch in al die valkuilen tuimelen? Was het gezien zijn kennis misschien verstandiger geweest toch niet te opteren voor het wethouderschap? Dat had hem veel bespaard, vooral hoe hij zichzelf verloor en werd wat hij vreesde: een onechte politicus.

Een dieptepunt in het boek daarover is een heel emotioneel moment over hoe zijn dochter droomde dat hij dood was en Hilhorst voelde dat er iets in hem inderdaad gestorven was, en zij samen huilden.

Campagne
Dit gebeurt in de laatste weken vóór de desastreuze verkiezingsuitslag van maart 2014 in Amsterdam. De PvdA verliest 5 zetels en wint er 10, aartsvijand D66 wint fors en wordt de grootste partij. Het drama is compleet voor de PvdA.

Op het vlak van campagnevoeren was en is Hilhorst een political junkie. Hij bestudeerde succesvolle en mislukte campagnes van politici, nationaal en internationaal, en je mocht dus verwachten dat hij de Amsterdamse PvdA-campagne tot in de puntjes had geregeld. Helaas, ook hier volgt een koude douche. Door procedures en regeltjes buiten hem om bleef hij na zijn kandidatuur als lijstrekker van de PvdA maanden lang slechts kandidaat zonder veel zeggenschap over hoe de campagne eruit moest gaan zien.

Er werd een verkiezingsprogramma opgesteld dat op veel punten afweek van wat Hilhorst persoonlijk wilde. Dat maakte dat hij soms zaken moest gaan verdedigen waar hij niet honderd procent achter stond. En zoals Hilhorst zelf schrijft: een politicus moet niet een partijprogramma spelen, hij moet het zíjn. Mensen prikken fabelachtig snel door onechtheid heen.

Daarbij beschrijft Hilhorst hoe de PvdA een kardinale fout maakte. Door de verhouding Hilhorst-PvdA werd een onduidelijke verkiezingscampagne gevoerd.

Je hebt twee soorten campagnes: de campagne die de zittende macht verdedigt, de zogenaamde incumbent, en de campagne die de zittende macht uitdaagt, de challenger. De keuze voor één van de twee is leidend voor de boodschap die je gaat uitdragen.

De grote fout die Hilhorst en de PvdA-top maakten is dat men beide probeerde te doen. Hilhorst moest de verworvenheden uit vier jaar PvdA in het stadsbestuur verdedigen en tegelijkertijd de zittende macht uitdagen. Dom, want het kan niet anders of dat leidt tot een onduidelijke, risicomijdende en schizofrene boodschap waar je als kiezer weinig van begrijpt. Precies dat gebeurde. Eén en ander wordt overigens haarscherp beschreven in een evaluatie van de verkiezingscampagne die een PvdA-commissie opstelde.

Opvallend is dat deze fouten gemaakt konden worden. Want naast Hilhorst liepen er in de Amsterdamse PvdA-top meer ervaren campagnejunkies rond. Maar men zat bepaald niet op één lijn. De verschillende visies op campagne voeren leidden tot wrijving in de top. Helaas, over de vermeende slaande deuren verhaalt Hilhorst niet, ook niet over de intensieve bemoeienis vanuit Den Haag in de laatste weken voor de verkiezingen, wanneer de bezorgde Haagse partijtop in de gaten krijgt dat zelfs het ‘rode’ Amsterdam wankelt.

Dit is belangrijk voor Hilhorst’s geschiedschrijving over zichzelf. Want hoewel hij zich in het boek veel aanrekent over de mislukte verkiezingscampagne, blijft het een feit dat kiezers in gemeenteraadsverkiezingen zich voor 80 procent laten leiden door landelijke politieke onderwerpen en prioriteiten. Tegen het zwaar negatieve sentiment jegens de PvdA vermocht de vage campagne vrijwel niets. Zoals Hilhorst daarover wel zegt: hij kon het tij niet keren.

Pieter Hilhorst, happy warrior
Concluderend geeft De Belofte een ongenadig openhartig kijkje in hoe Hilhorst als bevlogen politicus hoopte zijn positie te kunnen gebruiken om de wereld in Amsterdam een beetje te veranderen. Een opmerkelijke happy warrior die Nederland zelden ziet.

Er zijn twee soorten politici: zij die je belangen dienen en verdedigen, en zij die de bestaande status quo omver willen werpen. Hilhorst behoort tot de laatste categorie, en het trieste is dat hij met zijn boek duidelijk maakt dat er eerst duizend Hilhorsten tegelijkertijd moeten opstaan die hetzelfde verhaal gaan verkondigen om die status quo te doorbreken.

Als er één soort politicus is die de kloof tussen burger en politiek kan verkleinen, dan is het de homo hilhorstius. De Belofte lezend wens je eigenlijk dat alle bestuurders zo zouden zijn, ongeacht de politieke kleur: actief, vragend, erop af, bondgenoten zoekend.

In zijn eentje bleek Hilhorst met te weinig te zijn. Als eenzame gladiator betrad hij de arena om het op te nemen tegen leeuwen, en werd verscheurd. Dat is het melancholieke gevoel dat je bekruipt als je de laatste pagina van De Belofte hebt omgeslagen.

Kun je niet wachten om het te lezen? Bij wijze van service, hier een link naar het ebook op Bol.com.Â